Saracenen Toernooi
Giostra del Saracino
(Saracenen-toernooi) van Arezzo is minder 'dramatisch' dan de palio in Siena, maar is ook een zeer kleurrijk volksfeest, dat herinnert aan de tijd van de kruistochten. Het is een vrolijk en gekostumeerd schouwspel dat in optocht door de stad trekt. Er zijn driehonderd verklede figuranten bij betrokken en op het Piazza Grande strijden acht ruiters tegen elkaar (twee per wijk). Ze moeten met hun speer het schild van een pop treffen, die, gedraaid door de klap en uitgerust met een gesel voorzien van loden en leren kogeltjes, de ruiters kan ontwapenen, slaan en zelfs uit het zadel lichten.
Het feest begint echter al de avond ervoor met een groot feestmaal bij kaarslicht in de openlucht. De volgende ochtend (zondag), worden de bewoners om zeven uur gewekt door een kanonschot vanaf de vesting. Bij het tweede schot, dat om elf uur wordt gelost, kondigt men op verscheidene plaatsen in de stad het toernooi aan. De heraut wordt natuurlijk vergezeld door vaandeldragers en muzikanten. Klokslag twee uur brengt een derde schot de stoeten in beweging, die vanuit verschillende wijken vertrekken en al spelend samenkomen. De toekijkende mensenmassa wo: omvangrijker naarmate men dichter bij de kathedraal komt, waar de schop zijn zegen zal geven. Daarna bereikt de optocht, bestaande uit voerders en strijders, ruiters, stafdragers, soldaten, kruisboogschutters natuurlijk de banda, het orkest van tamboers en koperblazers dat krijgs. deren ten gehore brengt, het Piazza Grande, dat zwart ziet van de men Het publiek wil het schouwspel het liefst van bovenaf bekijken en me bereid daar grote bedragen voor neer te tellen. Vlaggen, kleden en doe hangen uit de ramen, jongleurs laten hun kleurrijke vlaggen door de lucht vliegen. Het eigenlijke steekspel kan eindelijk beginnen.
Dit toernooi vindt twee keer per jaar plaats, op de laatste zondag van juni en de eerste van september. Het feest begint al de avond ervoor. Nadat het lange tijd niet gehouden was, werd het toernooi in 1931 weer ingevoerd. De regels die worden toegepast zijn bijna dezelfde als die van de 17 e eeuw. Het is een wedstrijd tussen verschillende wijken, die allemaal hun eigen kleur hebben: Porta Crucifera heeft rood en groen, Porta del Foro geel en karmozijnrood, Porta Santa Andrea wit en groen, Porta San Spirito geel en blauw. De strijd wordt gevoerd tegen een pop die om zijn spil draait door de speerstoten. De beloning, de gouden speer, is voor de ruiter die volgens de notabelen heeft laten zien op de beste manier kracht, macht en behendigheid te verenigen. De huidige kostuums van de honderden figuranten zijn ontworpen in 1992.
De oorsprong van het Saracenentoernooi ligt bij de overwinning van de bewoners van Arezzo op de Saracenen, die in noordelijke richting oprukten. De kostuums zijn in 1992 helemaal nieuw ontworpen. De 'scheidsrechters' moeten over een goede dosis inzicht beschikken om uiteindelijk de winnaar aan te kunnen wijzen.
